Project

Mensen die een niertransplantatie hebben ondergaan, blijven afhankelijk van medicatie. Jan Peter Veeneman en zijn vrouw Diane deden een schenking aan het Erasmus Trustfonds voor baanbrekend onderzoek in het Erasmus MC naar patiëntgebonden medicatie na een niertransplantatie.
Eind dertig was Jan Peter Veeneman toen hij zich realiseerde dat het écht mis was met zijn nieren. Klachten had hij al langer: vermoeidheid, jeuk, hoofdpijn. “In het ziekenhuis werd geconstateerd dat mijn nierfunctie minimaal was”, zegt Veeneman zo’n 25 jaar later. “Ik wilde niet aan de dialyse en kreeg in het Radboudziekenhuis een destijds nieuwe behandeling. Daar kon ik twintig jaar mee verder, daarna was de enige optie: een nieuwe nier. Met mijn broer als donor.”
Medicatie: one size does not fit all
“Transplantatie is voor veel patiënten met nierfalen de beste behandeling”, zegt dr. Dennis Hesselink, internist-nefroloog bij het Erasmus MC. “Maar er zijn risico’s. Allereerst kan het transplantaat worden afgestoten. Het lichaam identificeert de donornier als iets vreemds en activeert het immuunsysteem om deze ‘i
ndringer’ uit te schakelen. De laatste decennia is hiertegen goede medicatie ontwikkeld. Niettemin wordt nog steeds één op de vijf transplantaten afgestoten. Daarnaast kunnen, juist doordat het immuunsysteem wordt geremd, gevaarlijke bijwerkingen optreden. Zoals infecties en tumoren, maar paradoxaal genoeg ook nierschade. Het is dus van levensbelang dat een patiënt niet te weinig, maar ook niet te veel medicatie gebruikt. Mede dankzij het Erasmus Trustfonds kunnen we nu bestuderen hoe we de medicijnen kunnen personaliseren.”

Jan Peter en Diane Veeneman samen met dokter Dennis Hesselink
Mininiertjes kweken in het lab
De titel van het project is: ‘One Kidney for Life’. Hesselink: “Helaas gaat een donornier niet een leven lang mee. Je kunt je voorstellen dat een tweede transplantatie voor de patiënt ingrijpend is. Met het beter begrijpen van de medicatie willen ook hierin een doorbraak realiseren.” Hesselink vervolgt: “In het laboratorium gaan we, vanuit stamcellen van donornieren, een soort mininiertjes kweken. Hierop testen we de geneesmiddelen en bekijken we hoe het weefsel reageert. Dit levert een grote hoeveelheid data op. Met behulp van artificiële intelligentie willen we patronen herkennen en algoritmes schrijven die de optimale medicatie voor de patiënt afstemt.”
Dankbaar
“Toen ik wakker werd na de transplantatie, voelde het alsof ik in een vliegtuig zat”, zegt Jan Peter Veeneman. “Opgestegen, de grijze wolken doorkruist, en aangekomen in de intens blauwe lucht. Het was een geschenk. Ik ben herboren en kan er weer écht zijn voor mijn gezin. We zijn enorm dankbaar. Daarom hebben Diane en ik bewust gekozen om juist dit onderzoek financieel te steunen. Dit geluk gunnen we iedere nierpatiënt.”